AMSTELVEEN – Vanaf 2010 tot 2020 is het aantal inwoners met een niet-Nederlandse nationaliteit in Amstelveen bijna verdubbeld en een groot deel daarvan zijn expats. Dat blijkt uit cijfers van de website Amstelveen in Cijfers van de gemeente Amstelveen. Ghoesna en Rosanne werken als wijkcoach bij Participe Amstelland in Amstelveen en beiden zien de behoefte aan meer verbinding tussen de ‘internationals’ en de Nederlandse Amstelveners.

Rosanne hoort verhalen van mensen die al heel lang op dezelfde plek wonen en steeds minder contact hebben met hun anderstalige buren. “Dan zeggen ze: ‘Bij ons op de galerij ken ik er nog maar een of twee’”, vertelt ze. Hoe groot het probleem precies is, kan ze niet zeggen. “Vooral de mensen die zich ergeren, laten van zich horen. Ik spreek natuurlijk niet iedereen.”
Taal en de weg
Ghoesna ziet het probleem vooral in het feit dat de expats de taal niet spreken en de weg niet weten binnen de Nederlandse samenleving. “Op het moment dat mensen niet met elkaar kunnen communiceren, dan gaat de eigen invulling meespelen. Er ontstaat dan onbewust afstand. En ze weten niet de juiste wegen te bewandelen. Als ze hier komen is het werk geregeld en de woning, maar ze zijn nog steeds in een vreemd land.”
En daarin ziet zij voor zichzelf een rol weggelegd. “Als wijkcoach neem ik de taak op me om de verschillende werelden met elkaar te verbinden.” Zo is ze onlangs nog in gesprek geweest met een Japanse dame van over de zeventig, die hier al jaren met haar Nederlandse partner woont. “Ze vertelde dat Japanse mensen hier komen met hun partner of gezin. De man gaat naar zijn werk en de vrouw blijft thuis achter. Als het haar niet lukt om verbinding te vinden, dan speelt er wel eenzaamheid. Daarom wilde ze graag een plek te hebben voor als er ondersteuning nodig is en om te verbinden.”
De Japanse expats willen wel contact, maar weten vaak niet hoe
wijkcoach Ghoesna
“De Japanse expats willen wel contact, maar ze weten vaak niet hoe. Ze maken een reis van elf met het vliegtuig naar Nederland, maar hun eigen gedachtes en tradities zijn elf uur meegereisd. Alles is nog Japans. Wij hopen door een stukje herkenning en connectie met Nederlandse cultuur, dat het dan transparanter voor ze wordt hoe het werkt”, vult Ghoesna aan.
‘Friendly, but not friends’
Volgens Tijs van den Boomen, stadsonderzoeker en auteur van Slim Zand, valt het ook niet mee om binnen te dringen in de sociale kringen van de Nederlander. “Expats zeggen: ‘The dutch are friendly, but not friends.’ Expats hebben hun leven opgepakt en zijn ergens anders gaan wonen. Zij moeten actief op zoek naar contact. De Nederlanders hebben hun sociale leven al vormgegeven en zijn klaar. Ze hebben nog vrienden van vroeger uit de zandbak.”
Daarbij komt dat er in Nederland een scheiding ligt tussen werk en privé, die ze in het buitenland niet altijd kennen. Daar is het soms wel gebruikelijk om je collega’s mee te nemen in je privéleven. “Om 17.00 zegt de Nederlandse collega ‘doei, ik ga’ en op vrijdag zegt hij ‘tot maandag’. Veel expats zijn hier heel erg verbaasd over. Ze vinden de werk-privé balans aan de ene kant heel fijn. Maar je ziet dan ook je collega’s naar huis gaan. Het is een ingewikkeld verhaal.”
Uit de bewoners zelf
Het werk van Ghoesna en Rosanne om de verbinding te realiseren, is dus nog lang niet klaar. “We hebben niet de opdracht dat we expats moeten verbinden, maar als ik kijk naar de wijk (red. Bankras-Kostverlorenhof), dan kunnen we er niet omheen”, zegt Ghoesna.
Toch vindt Rosanne wel dat het initiatief uit de mensen zelf moet komen. “Als wijkcoach kan ik zelf wel dingen bedenken, maar het werkt beter als ideeën van de bewoners komen. En dat ik dan de verbinding zoek en faciliteer. Je kan zoiets ook niet forceren. Het zou het mooiste zijn als ook verschillende lokale organisaties gaan samenwerken hierin. Dan bereik je het meeste.”