Om asielzoekerscentra te ontlasten moeten in Noord-Holland in de maanden juli en augustus ruim 1.900 statushouders worden opgevangen. Twee van hen zijn Bassam (30) en Eyad (39). Zij hebben na een levensgevaarlijke vlucht uit oorlogsgebied en verblijf in verschillende opvanglocaties door het hele land onderdak gevonden in een hotel in Amstelveen.
Bassam vluchtte net als miljoenen Jemieten uit zijn land voor de oorlog. Via vijftien landen, waaronder Saudi-Arabië, Iran, Irak en Albanië komt Bassam via Duitsland in Nederland terecht. Ruim een week verblijft hij in het veelbesproken aanmeldcentrum Ter Apel, waarna hij via Almere een plek krijgt toegewezen in een Amstelveens hotel (naam en adres zijn bekend bij redactie).
Moeder nog in Jemen
In Jemen bezat Bassam als boer een stuk grond, waar hij jarenlang zijn eigen groenten verbouwde. Hij studeerde er, maar besloot een jaar geleden dat de situatie te onveilig was geworden. “Mijn moeder woonde bij me in. Zij is daar nog”, vertelt hij aan verslaggevers van NH Nieuws.
“Gelukkig was ik vlak voor de chaos weg uit Ter Apel en kreeg ik onderdak in Almere”, gaat Bassam verder. Daar heeft hij een aantal maanden gewoond voor de man naar het hotel in Amstelveen werd gebracht.
“Ik hoop dat ze zo snel mogelijk over kunnen komen, maar wanneer weet ik niet”
Eyad
In Amstelveen ontmoet Bassam de 39-jarige Eyad uit Syrië: samen met zijn vrouw en vier kinderen woonde hij tot zo’n 10 maanden geleden in de Syrische stad Daraa. Eyad besluit het oorlogsgebied te verlaten op zoek naar een veilige omgeving waar hij met zijn gezin kan wonen. “Ik hoop dat ze zo snel mogelijk over kunnen komen, maar wanneer weet ik niet.”
Smokkelroute
Eyad vluchtte via een smokkelroute van Syrië naar Turkije. “Die grensovergang was heel gevaarlijk. Er werd geschoten op vluchtelingen en niet iedereen heeft het overleefd”, vertelt hij. “Ik ging daarna met een boot naar het Griekse eiland Rhodos en reisde via Athene naar België en Nederland.”
“Het is hier heel goed, beter dan de kampen waar ik in heb gezeten”
Eyad
Bassam en Eyad hebben beiden in verschillende Nederlandse opvanglocaties gezeten. In het hotel kunnen ze eindelijk tot rust komen. Eyad zat onder andere op een cruiseschip in Zaandam, en werd opgevangen in Schinnen (Limburg) en Almere. “Het is hier heel goed, beter dan de kampen waar ik in heb gezeten”, vertelt hij over de opvang in het hotel.
51 statushouders
Het Rijk heeft gemeenten opgeroepen om te helpen bij het huisvesten van statushouders, zodat het aanmeldcentrum in het Groningse Ter Apel weer plek heeft voor nieuwkomers die hier asiel willen aanvragen. In een periode van zes weken moeten 7.500 statushouders worden gehuisvest, deze worden per rato over de gemeentes verdeeld.
Voor Amstelveen betekent dit dat 51 statushouders versneld een verblijf plek moeten krijgen. De gemeente laat weten dat 17 mensen inmiddels in een huisvestingprocedure zitten. 34 andere statushouders verblijven in het Amstelveense hotel, onder hen zijn Bassam en Eyad. Zij wachten op een woning. Volgens de gemeente moeten zij die binnen zes maanden krijgen. Ondertussen start deze groep met inburgeren.
