AMSTELVEEN – De meeste speeltuinen in Amstelveen zijn niet geschikt voor kinderen met een beperking. En de speeltuinen, die wel geschikt zijn, zijn slecht te vinden. Dat blijkt uit onderzoek van AAN! Amstelveen. “Over het algemeen kunnen kinderen niks in een speeltuin”, vertelt Samantha Kroon, moeder van Jayden (9) die in een rolstoel zit.
Volgens stichting Het Gehandicapte Kind zijn 90 procent van alle speelplaatsen niet geschikt voor kinderen met een handicap “Ze kunnen er met hun rolstoel of driewielerfiets niet komen, of de speeltoestellen zijn niet aangepast aan hun beperking. Als kinderen met een beperking niet kunnen spelen in hun buurt, ontmoeten ze geen anderen kinderen uit hun buurt, met alle gevolgen van dien”, zegt Silvia Muije van stichting Het Gehandicapte Kind.
Vindbaarheid
Een ander probleem is dat de speeltuinen die juist wel geschikt zijn, moeilijk te vinden zijn. Deze zijn op de website van de gemeente niet aangegeven. En ook van de website van het Samenspeelnetwerk van stichting Het Gehandicapte Kind maakt de gemeente geen gebruik. “We hebben meerdere websites, waarop dit soort samenspeelplekken worden samengebracht. Ook Kidsproof plus en Playadvisor”, legt Nina van der Boon van stichting Het Gehandicapte Kind uit. “Als het zo moeilijk te vinden zijn, hoe kom je er dan? Het is al zo moeilijk om een goeie speelplek te vinden.”
En dat terwijl samenspelen juist zo belangrijk is. “Kinderen zonder handicap ontdekken de kracht van hun leeftijdsgenootjes met een beperking. Ze raken gewend aan het onbekende en gaan het normaal vinden dat die kinderen ook mee spelen, al doen ze sommige dingen een beetje anders”, staat te lezen op de website van stichting Het Gehandicapte Kind.
Weinig speeltuinen geschikt
Volgens de gemeente zijn vrijwel alle speelplaatsen in Amstelveen, zo’n 230 sport- en speelvoorzieningen, voorzien van verharding en daarmee toegankelijk voor rolstoelgebruikers. 164 daarvan zijn speeltuinen. Maar slechts 11 speeltuinen hebben een mandschommel, waar kinderen met een beperking gebruik van kunnen maken. En op één speelplaats in de wijk Waardhuizen worden een trampoline geplaatst, die geschikt is voor rolstoelgebruikers. Daarmee is er op minder dan acht procent van de speeltuinen een element te vinden waar de kinderen met beperking mee uit de voeten kunnen.
Over het hek tillen
Het feit dat de speelveldjes verhard zijn, zegt nog niet zoveel over de toegankelijkheid. Zo is er in Waardhuizen een voetbalveldje, waar Jayden graag komt met zijn moeder. Om ervoor te zorgen dat er geen fietsen op het veldje komen, heeft de gemeente er een hek geplaatst. Dus om op het veldje te komen, moest Samantha eerst Jayden uit zijn rolstoel halen, over het hekje tillen en op de grond zetten. Daarna moest ze de rolstoel over het hekje tillen en Jayden er weer inzetten. Een enorme klus.



Daar liet Samantha het niet bij zitten. “Er zat ook een nooddeur. Dus ik heb aan de wethouder gevraagd of ik daar de sleutel van kon krijgen. Dat was volgens hem heel lastig, maar uiteindelijk heb ik toch de sleutel gekregen, zodat hij daar ook kon voetballen. Het kost echt veel inspanning om dingen aangepast te krijgen. Eerst was ik een pitbull die zich vastbeet. Maar het vergt zoveel energie en je moet continue doorbeulen.”
Vermijden
Voor Jayden zelf is het ook lastig, vertelt Samantha. “Je merkt dat hij nu ouder wordt en zich afvraagt: waarom kan ik dat niet. Ik probeer eigenlijk dat soort dingen te vermijden, omdat het frustratie oplevert.”
“TOCH WAS HET HEEL MOEILIJK OM CONTACT TE MAKEN MET ANDERE KINDEREN, WANT JE KUNT MINDER MEEDOEN.”
Minke Verdonk, moeder van Kasper
Ook Kasper (13), de zoon van Minke Verdonk, zit in een rolstoel. Minke: “Nu is hij 13, maar toen hij jonger was, heeft hij er wel last van gehad als we ergens heen gingen. Je zag hem altijd scannen, zo van: kan ik hier iets. Hij is er ook erg teleurgesteld over geweest. Maar als hij dan iets zag, waar hij wel wat mee kon, dan was hij heel positief. Daar had hij wel oog voor. Toch was het heel moeilijk om contact te maken met andere kinderen, want je kunt minder meedoen.”
Niet duur of ingewikkeld
De oplossing hoeft niet eens zo heel duur of ingewikkeld te zijn, denkt Samantha. “Het zijn vaak kleine dingen, een heuvel met glijbaan, een zandbak op hoogte. Zorg dat je overal een vogelnestschommel hangt. Daar kan iedereen op. Leg rubberen matten neer in plaats van zand op de bodem. Er zijn zeker wel mogelijkheden, maar ze moeten het willen zien. Er worden nog steeds kinderen geboren met een beperking.”
“Mijn kind is niet beperkt, de samenleving is beperkt.”
Samantha Kroon, moeder van Jayden
Voor Minke is het ook belangrijk, dat kinderen met en zonder beperking met elkaar spelen om het hebben van een beperking te normaliseren. “Kinderen zijn niet zo kritisch. Maar als ze niet samen kunnen spelen, dan leren kinderen zonder beperking ook niet omgaan met kinderen met. Het is een win-win. Je wilt laten zien dat je gewoon kunt vrienden met elkaar.”
Daarin ligt ook een rol voor de ouders van kinderen zonder beperking weggelegd, vindt Samantha. “Hoe vaak ik het heb meegemaakt, dat ouders hun kinderen weghaalde toen Jayden aan kwam rollen. Ouders houden hun kinderen weg. Dat contact is er bijna niet. Jayden heeft alleen vriendjes van school, met ook een beperking. Mijn kind is niet beperkt, de samenleving is beperkt.”
Kenbaar maken
De gemeente laat weten, dat als een speelplaats niet goed bereikbaar of toegankelijk is, inwoners een fiximelding doen of dit melden bij ons speciaal daarvoor in het leven geroepen Meldpunt Toegankelijkheid. “We roepen ouders met een kind met een beperking met specifieke wensen of klachten over toegankelijkheid vooral op om dit kenbaar te maken bij de gemeente, want we zijn zeer bereid om mee te denken en te kijken of er mogelijkheden zijn om speelplekken aan te passen als we signalen krijgen.” Ook geeft de gemeente aan dat ze de suggestie om de samenspeelplekken te delen op de website van het Samenspeelnetwerk graag overnemen.