AMSTELVEEN – Het lichaam van Amstelvener Hans van de Ven is op verzoek van het Openbaar Ministerie op een begraafplaats in Amsterdam opgegraven. Nabestaanden van de voormalig werknemer van de geheime dienst (MIVD) trokken de conclusie ‘natuurlijke dood’ vorig jaar in twijfel en gingen zelf op onderzoek uit, bijgestaan door een journalist van het AD.
Afgelopen weekend werd bekend dat het OM de argumenten van de nabestaanden zo overtuigend vindt dat het heeft besloten de zaak te heropenen.Â
Lees ook: Onderzoek naar overleden man Waardhuizen heropend
Op een begraafplaats die niet met naam genoemd wil worden, werd vanochtend de kist met daarin het stoffelijk overschot van Van de Ven uit de grond gehaald. Behalve het Nederlands Forensisch Instituut (NFI), dat het lichaam zal onderzoeken, waren daar ook het OM en de politie bij aanwezig. Het is zeer uitzonderlijk dat op verzoek van het OM een lichaam wordt opgegraven, schrijft het AD.
Op aanwijzen van Van de Vens huisgenoot Annique Botermans (62), die al enkele jaren bij hem woonde en gezocht werd voor oplichting, werd de 69-jarige Van de Ven op 5 februari vorig jaar dood in zijn badkuip gevonden. De schouwarts stelt vast dat hij door een slagaderlijke bloeding in zijn buikstreek om het leven is gekomen en hooguit uren in bad heeft gelegen, maar die diagnose vinden nabestaanden voorbarig.
‘Zwarte dag van Hans’
Nadat uit autopsie is gebleken dat er geen ader is gescheurd, gaan de nabestaanden verder op onderzoek uit. Ze ontdekken dat Van de Ven vanaf 29 januari niets meer van zich had laten horen, en dat Annique in haar agenda 29 januari had gemarkeerd als de ‘zwarte dag van Hans’.
Naar verluidt zal naast een autopsie het lichaam ook worden onderzocht op gifstoffen. Hoe lang het onderzoek gaat duren is nog niet bekend. Het OM bevestigt alleen ‘onderzoek te doen naar de doodsoorzaak van Hans van de Ven’, maar wil verder niets kwijt.