AMSTELVEEN – Uitvaartondernemers hebben moeite met het vinden van jong gekwalificeerd en gemotiveerd personeel. “De branche wordt grijzer,” aldus uitvaartbrancheorganisatie BGNU.
Charles Benschop is uitvaartondernemer in de regio Amsterdam/Amstelveen en ook hij ziet “dat het lastig is om jonge uitvaartondernemers te vinden. Dat zie ik inderdaad bij collega’s in het vak. Gelukkig hebben wij de jonge Mike als gewaardeerd collega.”
Mike van Verseveld uit Amstelveen is 23 jaar oud en hij is de piepjonge uitzondering die de regel bevestigd dat de branche aan het vergrijzen is. “Ik zie wel jonge mensen die dit vak ook ambiëren, maar zij onderschatten vaak dat je ook beschikbaar moet zijn in de avonden, weekenden en tijdens feestdagen. Het moet echt je roeping zijn om dit werk te doen, anders houd je het niet vol.”
Snuffelstage
Van Varseveld begon op zijn vijftiende met een snuffelstage. “Ik zag op de bank met mijn ouders een televisie-programma van Rob Geus. Daarin ging het over het vak van uitvaartondernemer. Ik dacht: dat wil ik en sinds mijn snuffelstage doe ik niet anders.”
Het eerste baantje van Mike was “in het crematorium. Ik kan nu alle vragen daarover beantwoorden, over hoe een oven werkt en het proces. Ik zou iedereen dit dit vak ambieert dat ook aanraden om daar te beginnen.”
De brancheorganisatie van uitvaartondernemers BGNU onderkent tegenover NH Nieuws het probleem dat het lastig is om jonge mensen te vinden. Branchedirecteur Heidi van Haastert: “De branche wordt grijzer. Er zijn zeker jongeren die dit vak op hun 27ste levensjaar kiezen, maar dat zijn de uitzonderingen.”
Geen gebrek
Toch vreest directeur Van Haastert niet voor een tekort aan gekwalificeerd personeel: “Het beroep van uitvaartondernemer of uitvaartverzorger is over het algemeen een vak dat mensen kiezen als tweede carriere. Onder die groep van mensen die is er veel belangstelling voor het vak van uitvaartverzorger. Aan belangstelling is dus nog geen gebrek bij onze werkgevers.”
Mike van Varseveld ziet zichzelf zijn “hele leven dit werk doen. Het is prachtig om de laatste van mensen te verzorgen en de nabestaanden te ontzorgen. Soms zie ik wel dat mensen een oudere heer met een grijze baart en een hoge hoed verwachten, maar eigenlijk zijn mensen altijd positief over mij. Het is een compliment als zij zeggen dat ze er een goed gevoel bij hebben en dat ik veel zorgen uit handen heb genomen.”
